Een stroom die door een draad loopt, wekt een magnetisch veld op. De kurkentrekkerregel is een handige manier om te onthouden hoe dat magnetische veld werkt.
De richting van een magnetisch veld wordt weergegeven door de veldlijnen (zie ook dit artikel). Een elektrische stroom wekt altijd een magneetveld op dat rechtsom de richting van de stroom draait (zie fig. 1).
Figuur 1: Een draad waar een stroom doorheen loopt, creëert een magneetveld waarvan de veldlijnen rechts om de draad heen draaien (1). Met behulp van dit principe kun je elektromagneten bouwen: als er een stroom loopt door een spoel (2), draaien de veldlijnen om de spoel heen, op dezelfde manier als de veldlijnen van een normale magneet, die van de de noordpool naar de zuidpool wijzen (3).
Om dit makkelijk voor je te zien, is er de kurkentrekkerregel (zie fig. 2). Als een kurkentrekker de richting van de stroom voorstelt, dan is de richting waarin je de kurkentrekker moet draaien om hem de kurk in te krijgen, de richting waarin de veldlijnen wijzen.
Figuur 2: de kurkentrekkerregel
Je kunt deze truc ook met je hand doen: als je je rechterduim opsteekt, en je duim geeft de richting van de stroom aan, dan geven je andere vingers de richting van de veldlijnen aan. (Op deze manier wordt dit dus een rechterhandregel).
In het geval van een spoel waar stroom doorheen loopt (zie figuur 1), kun je de kurkentrekkerregel ook andersom toepassen: nu stelt de kurkentrekker de veldlijnen binnen in de spoel voor en de draairichting de richting van de stroom door de spoel. Ga het maar na: het klopt nog steeds!
Figuur 3: de kurkentrekkerregel kun je ook met je rechterhand uitvoeren