Btn mobile menu gray

Erfelijkheid

Kinderen hebben vaak veel dingen gemeen met hun ouders. De een heeft de ogen van z'n vader, maar het haar van zijn moeder, enzovoort. De ouders geven hun eigenschappen door aan hun nakomelingen. Maar hoe werkt dat nou precies?

Erfelijkheid

Het menselijk lichaam bestaat uit cellen. Ieder onderdeel van je lichaam bestaat weer uit andere cellen, zoals hartcellen, spiercellen, longcellen, enzovoort. Een mens heeft in elke cel 46 chromosomen. Dit zijn een soort sterk opgerolde draadjes. In deze chromosomen ligt informatie opgeslagen. Hierin staat bijvoorbeeld welke kleur ogen je hebt.

Figuur 1: De cel met daarin de chromosomen

Ook informatie over ziektes kan op een chromosoom liggen. De afwijking waardoor je hemofilie krijgt ligt op het X-chromosoom. In figuur 3 zijn alle X chromosomen waarop de afwijking voor hemofilie ligt rood gekleurd. Het X en het Y chromosoom zijn de geslachtschromosomen. Meisjes hebben twee X chromosomen en jongens een X en een Y.

Figuur 2: Op het rode X chromosoom ligt de afwijking voor hemofilie

Omdat meisjes twee X chromosomen hebben kunnen ze een gewoon X chromosoom en X chromosoom met hemofilie hebben. Doordat ze een tweede gezond X chromosoom hebben, kunnen ze nog wel stollingsfactoren maken. Hierdoor worden ze niet ziek. Vrouwen die wel de afwijking voor hemofilie hebben maar niet ziek zijn heten drager. Ze kunnen de ziekte dus wel doorgeven aan hun kinderen. Op het Y chromosoom wat mannen hebben in plaats van een tweede X ligt geen informatie waarmee het lichaam stollingsfactoren kan maken. Als mannen dus een X chromosoom met hemofilie krijgen worden ze altijd ziek. Hierdoor komt de ziekte hemofilie bijna alleen bij mannen voor.

Onder deze links vindt je een paar animaties over erfelijkheid. Deze zijn van de website www.erfelijkheid.nl. Hier vindt je heel veel informatie over verschillende erfelijke ziekten.
- Animatie over overerving van eigenschappen
- Animatie over geslachtsgebonden overerving