Op sciencespace staat een artikel waarin onderzoek gedaan wordt naar een achterlichtje van een fiets. In het artikel dat je nu voor je hebt, gaan we in op een van de opvallende dingen die we hierbij gezien hebben. Je kunt beide artikelen los van elkaar lezen maar je kunt dit artikel ook als aanvulling op het eerste artikel zien.
In het eerste artikel wordt gekeken naar de frequentie waarmee een fietslampje knippert en de tijd dat het lampje aan en uit is. Je ziet hier (als je bij hoge frequentie meet) dat het lampje even lang aan als uit is. Maar je ziet nog iets, en dat is een bibber die over de hele meting zichtbaar is. Dit betekent dat gedurende de meting de lichtsterkte niet constant is maar voortdurend een beetje verandert. In dit artikel gaan we na hoe dat komt.
Wat is dat voor een bibber?
Het uitvoeren van de proef en uitlezen van de meting om de bibberfrequentie te bepalen
Om te beginnen kijken we nog eens naar de bibber die we zien. In de kromme die de lichtsterkte aangeeft zie je duidelijk de variatie terug. Als we tellen dan zie je dat er precies tien bibbers in de eerste 100 ms zitten, dat betekent 100 bibbers in een seconde. We zeggen dan dat dit een signaal is met een frequentie van 100 Hz. Verder valt op dat het nooit helemaal donker is, ook niet als de fietslamp uit is. Kijk maar in de grafiek op het beginstuk. Hier varieert de lichtsterkte tussen de 50 en de 60 lux.
De meetresultaten, ingezoomd op het stuk van t = 0 ms tot t = 210 ms
Waar komt die bibber vandaan?
Het zou zomaar kunnen dat de bibber die we zien niet van het fietslichtje afkomstig is maar van het licht in de zaal. Zoals je ziet op het filmpje, is er nog duidelijk licht aanwezig als het fietslampje even uit is. Om na te gaan of het zaallicht inderdaad de bibber veroorzaakt, laten we het lampje de hele tijd uit en voeren de meting opnieuw uit.
Het uitvoeren van de meting met gedoofd fietslampje, we meten nu alleen het zaallicht
Het lijkt er op dat we gelijk hebben, je ziet nog steeds de bibber met de frequentie van 100 Hz
De meetresultaten van het meten van het zaallicht
Meting zonder bibber.
Het lijkt er op dat we gelijk hebben maar dat is nog niet zeker. Misschien geeft het fietslampje zelf ook wel een bibber die precies samenvalt met de bibber van de zaal. Daarom voeren we de meting nog een keer uit. Alleen nu zorgen we er voor dat er geen licht van de zaal op de sensor valt. Om dat te bereiken leggen we een handdoek over het fietslampje en de sensor.
Het uitvoeren van de meting waarbij het zaallicht gedempt wordt
Het blijkt nu dat de bibber verdwenen is. Er zit nog wel wat speling in de resultaten maar daar is geen echt patroon in te herkennen. Bovendien is de variatie hierin vele malen kleiner dan bij het meten van het fietslampje mét omgevingslicht.
De lichtsterkte van het fietslampje, zonder het zaallicht
Vervolgvragen
Ook dit artikel biedt weer genoeg mogelijkheden om over na te denken of verder onderzoek aan te doen. Lukt het jou om antwoord te vinden op enkele van de volgende vragen?
- Ben je het eens met de conclusie dat de bibber van het zaallicht veroorzaakt wordt?
- Kun je meer voorbeelden bedenken waarbij je iets wilt meten maar per ongeluk ook iets anders erbij meet?
- Zie je iets anders opvallend in het signaal dat je misschien nader zou kunnen onderzoeken?
- Wat valt je op aan de maximale lichtsterkte tijdens de verschillende metingen? Heb je hiervoor een mogelijke verklaring?