DNA X lijn
Florus stelde deze vraag op 13 januari 2016 om 21:33.
Goeden avond
Wel ik vraag me af
Ik lees ergens :
De moeder heeft twee X-chromosomen: één van haar vader (de grootvader) en één van haar moeder (de grootmoeder).
De zoon krijgt het Y-chromosoom van zijn vader en het X-chromosoom van zijn moeder.
Er is dus 50% kans dat hij het X-chromosoom krijgt dat zijn moeder van haar vader heeft gekregen en eveneens 50% kans dat hij het X-chromosoom krijgt dat zijn moeder van haar moeder heeft gekregen.
MIJN VRAAG :
STAAT HET VAST dat de zoon
A) OF 50% van de Moeder van haar Vader krijgt
B) OF 50% van de Moeder die zij van haar Moeder heeft gekregen
Of van beide wat ?
MIJN verdere VRAAG IS DUS :
kan het géén MIX zijn bv 75% van A) en 25 % van B) van beiden wat.....
Of werkt dat niet zo
Want de zoon krijgt een Y en een X die zijn zo wie zo ook GEMIXED in de zoon
Ben benieuwd
Groetjes
Florus
Reacties:
kijken we alleen naar de grote lijn dan krijgt de zoon inderdaad óf het X-chromosoom van grootvader van moederskant óf het X-chromosoom (d.w.z. een van de twee) van grootmoeder van moederskant.
Maar het zal niet zo zijn dat zijn X-chromosoom een perfecte kopie is van dat van een van zijn grootouders van moederskant.
Niet omdat moeder de X-chromosomen die ze van haar ouders kreeg in enige mate mixt, maar wel omdat er bij het kopiëren van chromosomen allerlei natuurlijke kleine "weeffoutjes" optreden.
Een zo'n weeffoutje is "crossing-over" :
Een chromosoom bestaat uit twee parallelle strengen nucleotiden. Van die nucleotiden zijn er in prinmcipe 4 soorten, die we coderen met A, C, G en T
Combineer die letters tot een streng en je krijgt een code, bijvoorbeeld
ACCGCTATCAACGTCGAT
in de andere streng zit er tegenover elke A een T, en tegenover elke G een C
ACCGCTATCAACGTCGAT
TGGCGATAGTTGCAGCTA
De ene streng is dus als het ware een negatieve kopie van de andere
om dat chromosoom te kopiëren wordt het in de lengte opengeritst, en worden losse nucleotiden aan de twee helften vastgeplakt, maar nog steeds A aan T en omgekeerd, en C aan G:
ACCGCTATCAACGTCGAT
TGGCGATAGTT
GC A G
AC G T C
ACCGCTATGA
TGGCGATAGTTGCAGCTA
........... totdat ze allebei weer compleet zijn. Als alles goed gaat levert dat perfecte kopieën, keer op keer.
Maar wat er regelmatig gebeurt is dat die strengen breken en andersom weer aan elkaar worden geknoopt
ACCGCTATCAACGTCGAT wordt dan bijvoorbeeld ACCGCATAGTTCGTCGAT
TGGCGATAGTTGCAGCTA TGGCGTATCAAGCAGCTA
Je ziet dat de code door deze crossing over in elke streng hierdoor een beetje veranderd is, en dat betekent dus ook dat die genetische code van bijvoorbeeld grootvader zeker niet onveranderd bij de kleinzoon komt. Voeg daarbij dat er twee keer andere chromosomen bijkomen onderweg en zo (en door andere verrassinkjes) ontstaat elke keer toch weer een compleet uniek individu. Met trekjes van de voorouders, ja, maar zeker geen suffe kopie.
Dat is ook de kracht van het leven op aarde: als er wat tegenzit in het milieu (bijvoorbeeld door een asteroïde-inslag die het klimaat op aarde in één klap omgooit) zijn er vaak wel een paar individuen tegen die verandering opgewassen doordat een foutje nu ineens een groot voordeel oplevert, en zo overleeft de soort.
Als kleinzoon ben je dus voor de helft een iets mislukte kopie van de helft van je opa van vaderskant, samengevoegd met een iets mislukte kopie van de helft van een van de grootouders van moederskant. Samen geeft dat een heel nieuw mooi boek :) .....
Duidelijk zo?
Groet, Jan
Bijlagen:



