De lucht om ons heen bestaat voor ongeveer 21 procent uit zuurstof. Dit gas is niet alleen belangrijk voor de mens, ook een verschijnsel als vuur kan niet zonder. Met dit proefje kunnen we laten zien dat zuurstof een grote rol speelt in verbranding.
Benodigdheden
- Diep bord of schaal
- Glazen kan
- Waxinelichtje
- Houder voor waxinelichtje
Alle benodigdheden bij elkaar.
Uitvoering
Schenk een laagje water in een diep bord. Zet nu het waxinelichtje in het midden van het bord op een verhoging, bijvoorbeeld een omgekeerd houdertje voor dit waxinelichtje.
Het waxinelichtje op het bord met water.
Zorg dat je een glazen kan bij de hand hebt die met de opening naar beneden goed over het waxinelichtje heen past. Het waxinelichtje moet helemaal afgesloten kunnen worden van de lucht eromheen! Steek nu het waxinelichtje aan en wacht een tijdje zodat hij goed brandt. Plaats nu de kan voorzichtig over het waxinelichtje. Je zal zien dat het water omhoogkomt in de kan! Op een gegeven moment krijgt het lichtje niet genoeg zuurstof meer en zal de vlam doven.
De proef met het waxinelichtje.
Verklaring
Hoe kan het dat water omhoog wordt gezogen in de kan? Hiervoor moeten we eerst weten wat er gebeurt in een vlam van een kaars. Dit is een proces waarover je meer kunt lezen in de uitleg over verbranding. Kort gezegd: in de vlam vindt een chemische reactie plaats waarbij het kaarsvet combineert met zuurstof. Deze reactie levert twee nieuwe stoffen op: waterdamp en koolstofdioxide. De waterdamp condenseert en wordt vloeibaar water. De waterdamp is geen gas meer en dus verdwijnt er uiteindelijk meer zuurstof dan dat er koolstofdioxide ontstaat. Er blijft dus minder gas over in de kan, en om deze ruimte op te vullen wordt er water omhoog gezogen!